Onderwijstaal : Nederlands |
Examencontract: niet mogelijk |
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P2 SBU | P2 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
 | 3de bachelorjaar in de biologie | Keuze | 135 | 5,0 | 135 | 5,0 | Ja | Ja | Numeriek |  |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| EC 1: De bachelor Biologie heeft een grondige kennis en inzicht verworven in de levende wereld op moleculair, cellulair , functioneel, organismaal, populatie en ecosysteemniveau. | - EC
| EC 3: De bachelor Biologie houdt rekening met de noodzaak van de inter- en multidisciplinaire benadering om de levende wereld in al zijn aspecten te onderzoeken. Hij/zij heeft daartoe een grondige kennis en inzicht in andere relevante wetenschappelijke disciplines (chemie, fysica, geologie), | - EC
| EC 8: De bachelor Biologie kan mondeling en schriftelijk rapporteren en presenteren in het Nederlands en het Engels. Hij/zij kan communiceren over het vakgebied met vakgenoten en niet-vakgenoten. | - EC
| EC 11: De bachelor Biologie gedraagt zich volgens de ethische, morele, filosofische, wettelijke en veiligheidsaspecten van zijn wetenschapsdiscipline. | - EC
| EC 12: De bachelor Biologie heeft inzicht in de maatschappelijke relevantie van de biologie, hij/zij kent de actoren in het werkveld. De bachelor Biologie kent de impact van de mens op de natuur, hij/zij gedraagt zich als pleitbezorger van de biosfeer en respecteert de principes van duurzaamheid.
|
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
 
|
Inhoud |
|
Dit vak wil studenten introduceren tot beleidsaspecten rond biodiversiteit in ontwikkelingslanden (het Zuiden). Eerder dan een technisch of encyclopedisch overzicht van conservatiebiologie, wil dit vak een eerste kennismaking zijn met, en stof tot nadenken bieden over, de situatie van het natuurbehoud in ontwikkelingslanden. Er zal gewerkt worden rond case-studies vanuit de hele wereld en verspreid over allerhande taxa, hoewel de nadruk ligt op Afrikaanse voorbeelden, in lijn met de focus van de Belgische ontwikkelingssamenwerking. Voorgestelde onderwerpen omvatten o.a. (de inhoud kan in overleg aangepast worden aan de interesses en noden van de studenten):
1) Inleiding: waarom biodiversiteit in ontwikkelingslanden? Hoe definiëren we ontwikkelingslanden? Hoe zijn hotspots van biodiversiteit over de wereld verspreid? Waar bestaat de grootste impact van global change en hoe werkt zich dat uit op ecosysteemdiensten? Effecten van verlies van biodiversiteit op gezondheid, migratie, conflicten.
2) Biodiversity governance. Aspecten van regionale en internationale samenwerking en verdragen.
3) Beschrijving van biodiversiteit: taxonomie en the taxonomic impediment in het Zuiden, de rol van parataxonomie, citizen science, action research. Wetenschapsbeleid in ontwikkelingslanden: capaciteitsopbouw in de biowetenschappen en de beleidsrelevantie ervan (bv. duurzame visserij).
4) Spanning tussen ontwikkeling en traditie: de kwestie van inheemse volkeren en human zoos. Culturele zienswijzen op natuur. Etnobiologie. De rol van autochtone kennis in natuurbeheer.
5) De monetarisatie van ecosysteemdiensten. Payment for ecosystem service (PES), voor- en nadelen. De privatisatie van de natuur.
6) Conservatie, nationale parken, duurzaamheid, en de perceptie en betrokkenheid van lokale gemeenschappen. Ecotoerisme en natuureducatie.
7) Vraagstukken rond nationaal natuurlijk erfgoed, intellectuele eigendom, access and benefit sharing (het Protocol van Nagoya). |
|
 
|
Werkvorm |
|
- In enkele inleidende hoorcolleges zullen bovenstaande topics besproken worden, door de coördinerend verantwoordelijke en gastlesgevers. Aanwezigheid tijdens deze lessen/discussies is vereist.
- De studenten werken (in groepjes van twee) aan een take home-opdracht (onderwerp vrij te kiezen, maar in relatie tot bovenstaande topics en in overleg met, en onder begeleiding van, de coördinerend verantwoordelijk en gastlesgevers):
- het uitwerken van een stukje "cursustekst" over het onderwerp: een wetenschappelijk verantwoorde tekst, begrijpelijk voor niet-specialisten (bv. medestudenten of wetenschappers uit een ander domein) (10 pagina's);
- een presentatie voor de groep aan het einde van het semester;
- halfweg het semester wordt er een klassikaal feedbackmoment voorzien waarin een tussentijdse versie van presentatie en cursustekst besproken wordt met de coördinerend verantwoordelijke.
|
|
 
|
Evaluatievorm en bijkomende condities |
|
- Het uitwerken van een presentatie en "cursustekst" over een case study door tandems van studenten.
- Examen: individuele bespreking van deze studie met de coördinerend verantwoordelijke, samen met een mondelinge evaluatie van de inzichten verworven tijdens de lessen en op basis van één andere case study, naar keuze, van medestudenten.
Aanwezigheid tijdens de colleges is verplicht. De student(e) die ongewettigd afwezig is bij het bijwonen van een of colleges, krijgt voor het opleidingsonderdeel als eindresultaat een "N: examenonderdeel niet volledig afgelegd: ongewettigd afwezig voor onderde(e)len van de evaluatie". |
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
Reader en Powerpointpresentaties bij de hoorcolleges. Zelfgemaakte tekst en presentatie. Van de studenten wordt verwacht nota's te nemen tijdens de hoorcolleges. |
|
|
|
|
|
1 examenregeling art.1.3, lid 4. |
2 examenregeling art.4.7, lid 2. |
3 examenregeling art.2.2, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|