Onderwijstaal : Nederlands |
Examencontract: niet mogelijk |
Volgtijdelijkheid
|
|
Verplichte volgtijdelijkheid op niveau van de opleidingsonderdelen
|
|
|
Groep 1 |
|
|
Voor volgende opleidingsonderdelen dient u een creditbewijs, vrijstelling, reeds getolereerde onvoldoende of ingezette tolereerbare onvoldoende behaald te hebben.
|
|
|
Objectgeoriënteerd programmeren II (4183)
|
8,0 stptn |
|
Of groep 2 |
|
|
Voor volgende opleidingsonderdelen dient u een creditbewijs, vrijstelling, reeds getolereerde onvoldoende of ingezette tolereerbare onvoldoende behaald te hebben.
|
|
|
Object-georiënteerd programmeren II (2247)
|
7,0 stptn |
|
|
| Studierichting | | Studiebelastingsuren | Studiepunten | P1 SBU | P1 SP | 2de Examenkans1 | Tolerantie2 | Eindcijfer3 | |
 | 3de bachelorjaar in de informatica | Verplicht | 243 | 9,0 | 243 | 9,0 | Ja | Ja | Numeriek |  |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| EC 1: De afgestudeerde bachelor informatica kan de informatica aspecten uit een concreet reëel probleem distilleren, hij kan dit probleem analyseren en modelleren, hij kan zijn creativiteit aanwenden om deelproblemen op te lossen en de gevonden oplossingen synthetiseren tot een oplossing voor het oorspronkelijke probleem. | - EC
| EC 3: De afgestudeerde bachelor informatica kan oplossings-mogelijkheden voor een probleem en tools die hiervoor beschikbaar zijn, vergelijken en afwegen op hun correctheid, bruikbaarheid en efficiëntie. Hierbij kan hij zijn keuzes verantwoorden. | - EC
| EC 6: De afgestudeerde bachelor informatica toont gezond kritische ingesteldheid en kan rigoureus redeneren, abstraheren en formaliseren, gebruik makend van kennis van en inzicht in de wiskundige grondslagen van de informatica. Hij/zij kan een standpunt innemen en verdedigen op basis van (wetenschappelijk) verworven kennis en inzicht. | - EC
| EC 8: De afgestudeerde bachelor informatica kan in teamverband werken aan een project van matige complexiteit. Hierbij zijn niet alleen vakinhoudelijke aspecten van belang maar ook communicatieve en sociale vaardigheden en het kunnen maken van goede taakafspraken. | - EC
| EC 9: De afgestudeerde bachelor informatica kan zijn tijd efficiënt indelen en respecteert deadlines. | - EC
| EC 11: De afgestudeerde bachelor informatica hecht belang aan de technische kwaliteit van het geleverde eindproduct: hij werkt punctueel, volgt de gegeven specificaties op en neemt zijn verantwoordelijkheid (door bijvoorbeeld regelmatig backups te nemen en geen auteursrechten te schenden). Hiertoe maakt hij gebruik van de gepaste tools en methodes zoals debugging, testing en versiebeheer. |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
In dit opleidingsonderdeel maak je kennis met de processen, tools en technieken om complexe, correcte en bruikbare software te bouwen. De verschillende fases van een software engineering process worden bestudeerd. We starten met een basis van requirements engineering. We behandelen diverse procesmodellen voor de ontwikkeling van software, inclusief agiele processen. Technieken zoals test-driven development en refactoring komen aan bod. Na het volgen van dit opleidingsonderdeel, kunnen de studenten (1) principes en kwaliteitsattributen van proces en product uitleggen en nastreven, (2) de fasen van het ontwikkelingsproces, de activiteiten, de resultaten en gerelateerde terminologie uitleggen, (3) een probleem analyseren waarvoor software moet gemaakt worden en dit omzetten in een verzameling gestructureerde vereisten (requirements), (4) UML (Unified Modeling Language) gebruiken voor het maken van een object-georiënteerde analyse en ontwerp van een gesteld probleem, en (5) een software ontwerp omzetten in gestructureerde en onderhoudbare object-georiënteerde code. De studenten verkrijgen ook inzicht in validatie, verificatie en testing, en kunnen de aangeleerde benaderingen toepassen, en verwerven de basisvaardigheden om software design en code gradueel te laten evolueren.
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Project ✔
|
|
|
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
|
Periode 1 Studiepunten 9,00
Evaluatievorm | |
|
Mondeling examen | 50 % |
|
Andere: | Mondeling toelichting met korte voorbereiding |
|
|
|
|
|
|
Tweede examenkans
Evaluatievorm tweede examenkans verschillend van eerste examenkans | |
|
|
 
|
Verplichte handboeken (boekhandel) |
|
Essentials of Software Engineering,Frank Tsui, Orlando Karam, Brabara Bernal,4th edition,Jones & Bartlett Learning,9781284106077 |
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
 
|
Aanbevolen literatuur |
|
- Design Patterns: Elements of Reusable Object-Oriented Software,Erich Gamma; Richard Helm; Ralph Johnson; John Vlissides,Pearson Education,9780201633610
- Refactoring: Improving the Design of Existing Code,Martin Fowler; Kent Beck; John Brant; William Opdyke; Don Roberts,1,Addison-Wesley,9780201485677
- Applying UML and Patterns: An Introduction to Object-Oriented Analysis and Design and Iterative Development,Craig Larman,3,Prentice Hall,0076092037224
|
|
|
|
|
|
 | schakelprogramma informatica | Verplicht | 243 | 9,0 | 243 | 9,0 | Ja | Ja | Numeriek |  |
|
|
|
In dit opleidingsonderdeel maak je kennis met de processen, tools en technieken om complexe, correcte en bruikbare software te bouwen. De verschillende fases van een software engineering process worden bestudeerd. We starten met een basis van requirements engineering. We behandelen diverse procesmodellen voor de ontwikkeling van software, inclusief agiele processen. Technieken zoals test-driven development en refactoring komen aan bod. Na het volgen van dit opleidingsonderdeel, kunnen de studenten (1) principes en kwaliteitsattributen van proces en product uitleggen en nastreven, (2) de fasen van het ontwikkelingsproces, de activiteiten, de resultaten en gerelateerde terminologie uitleggen, (3) een probleem analyseren waarvoor software moet gemaakt worden en dit omzetten in een verzameling gestructureerde vereisten (requirements), (4) UML (Unified Modeling Language) gebruiken voor het maken van een object-georiënteerde analyse en ontwerp van een gesteld probleem, en (5) een software ontwerp omzetten in gestructureerde en onderhoudbare object-georiënteerde code. De studenten verkrijgen ook inzicht in validatie, verificatie en testing, en kunnen de aangeleerde benaderingen toepassen, en verwerven de basisvaardigheden om software design en code gradueel te laten evolueren.
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Project ✔
|
|
|
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
|
Periode 1 Studiepunten 9,00
Evaluatievorm | |
|
Mondeling examen | 50 % |
|
Andere: | Mondeling toelichting met korte voorbereiding |
|
|
|
|
|
|
|
 
|
Verplichte handboeken (boekhandel) |
|
Essentials of Software Engineering,Frank Tsui, Orlando Karam, Brabara Bernal,4th edition,Jones & Bartlett Learning,9781284106077 |
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
 
|
Aanbevolen literatuur |
|
- Design Patterns: Elements of Reusable Object-Oriented Software,Erich Gamma; Richard Helm; Ralph Johnson; John Vlissides,Pearson Education,9780201633610
- Refactoring: Improving the Design of Existing Code,Martin Fowler; Kent Beck; John Brant; William Opdyke; Don Roberts,1,Addison-Wesley,9780201485677
- Applying UML and Patterns: An Introduction to Object-Oriented Analysis and Design and Iterative Development,Craig Larman,3,Prentice Hall,0076092037224
|
|
|
|
|
|
 | 2de masterjaar handelsingenieur in de beleidsinformatica minor IT | Verplicht | 162 | 6,0 | 162 | 6,0 | Ja | Ja | Numeriek |  |
|
| Eindcompetenties |
- EC
| De master BI modelleert, ontwerpt en evalueert oplossingen voor bedrijfseconomische en –informatietechnische problemen ter ondersteuning van de besluitvorming op verschillende niveaus in een complexe context. (Probleemoplossend vermogen) |
|
| EC = eindcompetenties DC = deelcompetenties BC = beoordelingscriteria |
|
In dit opleidingsonderdeel maak je kennis met de processen, tools en technieken om complexe, correcte en bruikbare software te bouwen. De verschillende fases van een software engineering process worden bestudeerd. We starten met een basis van requirements engineering. We behandelen diverse procesmodellen voor de ontwikkeling van software, inclusief agiele processen. Technieken zoals test-driven development en refactoring komen aan bod. Na het volgen van dit opleidingsonderdeel, kunnen de studenten (1) principes en kwaliteitsattributen van proces en product uitleggen en nastreven, (2) de fasen van het ontwikkelingsproces, de activiteiten, de resultaten en gerelateerde terminologie uitleggen, (3) een probleem analyseren waarvoor software moet gemaakt worden en dit omzetten in een verzameling gestructureerde vereisten (requirements), (4) UML (Unified Modeling Language) gebruiken voor het maken van een object-georiënteerde analyse en ontwerp van een gesteld probleem, en (5) een software ontwerp omzetten in gestructureerde en onderhoudbare object-georiënteerde code. De studenten verkrijgen ook inzicht in validatie, verificatie en testing, en kunnen de aangeleerde benaderingen toepassen, en verwerven de basisvaardigheden om software design en code gradueel te laten evolueren.
|
|
|
|
|
|
|
Hoorcollege ✔
|
|
|
Project ✔
|
|
|
|
|
|
Groepswerk ✔
|
|
|
|
Periode 1 Studiepunten 6,00
Evaluatievorm | |
|
Mondeling examen | 50 % |
|
Andere: | Mondeling toelichting met korte voorbereiding |
|
|
|
|
|
|
|
 
|
Verplichte handboeken (boekhandel) |
|
Essentials of Software Engineering,Frank Tsui, Orlando Karam, Brabara Bernal,4th edition,Jones & Bartlett Learning,9781284106077 |
|
 
|
Verplicht studiemateriaal |
|
 
|
Aanbevolen literatuur |
|
- Design Patterns: Elements of Reusable Object-Oriented Software,Erich Gamma; Richard Helm; Ralph Johnson; John Vlissides,Pearson Education,9780201633610
- Refactoring: Improving the Design of Existing Code,Martin Fowler; Kent Beck; John Brant; William Opdyke; Don Roberts,1,Addison-Wesley,9780201485677
- Applying UML and Patterns: An Introduction to Object-Oriented Analysis and Design and Iterative Development,Craig Larman,3,Prentice Hall,0076092037224
|
|
|
|
|
|
1 examenregeling art.1.3, lid 4. |
2 examenregeling art.4.7, lid 2. |
3 examenregeling art.2.2, lid 3.
|
Legende |
SBU : studiebelastingsuren | SP : studiepunten | N : Nederlands | E : Engels |
|